
Juni '21

Andalusië, waar zal ik beginnen. Ik geef toe, ik ben nog niet op zo heel veel plaatsen in de wereld geweest. Maar na mijn rondreis in Andalusië begrijp ik plots waarom mensen meerdere keren naar dezelfde locatie op vakantie gaan. Mijn reis startte in Granada om via Sevilla en Ronda uiteindelijk langs de rotswanden van de rivier 'El Chorro' te eindigen. Overal waar over reizen gepraat wordt, raad ik deze regio aan. Bij deze ben jij aan de beurt.
1. Transport
Om allerlei redenen begin je het beste vanuit Málaga aan je trip door Andalusië. Het belangrijkste wat mij betreft is dat er meer vluchten van en naar de Spaanse kuststad zijn. Hierdoor heb je iets meer opties qua vluchtdagen en maak je je reis net zo lang als je zelf wil.
Om van de ene stad naar de andere te reizen hebben ze in Zuid-Spanje een goedkope en handige busverbinding. De busmaatschappij 'Alsa' zorgt er, met vooraf gereserveerde plaatsen, voor dat je zeker op je bestemming geraakt. Vergeet je zitje dus zeker niet op voorhand vast te leggen. Vol=vol.
Deze bussen rijden echter niet naar de kleinere dorpjes en dus huurde ik iets over halfweg een auto. Dit deed ik via 'Malagacar.com', niet zo ver van de luchthaven. Je wordt hier in het Engels geholpen 'oef' en ik kende geen enkel probleem met de verhuurder. Zowel afhalen als binnenbrengen ging bijzonder vlot.
Eens in de steden zelf deed ik alles te voet. Let op, de bushalte van 'Alsa' is nog wel een eindje van het echte centrum, zowel in Granada als Sevilla. Is het heel erg warm of ben je moe na een lange dag reizen? Neem dan snel even een taxi.
2. Granada
In Granada vind je exact wat ik voor ogen had toen ik aan Spanje dacht, voor er ooit geweest te zijn. De mooie witte huisjes die zich dicht bij elkaar op een heuvelrug bevinden. Als je deze huisjes van dichterbij wil bekijken, is de bekendste wijk 'Albaicin' de ideale optie. Op de rand van deze wijk geniet je 's avonds van een mooi uitzicht op het hoogtepunt van de stad, het Alhambra. Op dit uitzichtpunt genaamd 'Mirador de San Nicolás' is het vaak wel over de koppen lopen.
Tip: Ga een straatje lager tussen de huizen staan. Het zicht is praktisch hetzelfde, met het voordeel dat je hier waarschijnlijk alleen zal staan.

Het Alhambra vanop een uitzichtpunt net onder Mirador de San Nicolás.
Als je dacht dat het uitzicht al de moeite was word je in het Alhambra zelf helemaal overdonderd. Dit middeleeuws paleis/fort is zonder meer het hoogtepunt van de stad Granada. Je hoeft geen kunstliefhebber te zijn om hiervan te genieten. Geef je ogen de kost en neem je tijd. Er is geen uur waarop je weer buiten moet zijn dus je kan hier gerust meer dan een halve dag spenderen op het hele domein. Vergeet niet dat er, behalve de hoofdingang, ook nog enkele aparte ingangen zijn voor o.a. het Patio Paleis van Karel V en de mooie tuinen achteraan.
Koop zeker op voorhand je tickets. Er wordt een beperkt aantal mensen per half uur binnen gelaten en dit wil je echt niet gemist hebben.
Pal in het centrum vind je ook nog de kathedraal. Op het moment van mijn aanwezigheid was deze gesloten voor toeristen. Heel even kon ik via een zij-ingang het gebouw betreden. Jammer genoeg werd ik 30sec en 2 foto's later vriendelijk de uitgang gewezen. Is bij jouw bezoek de kathedraal wel geopend? Ga dan zeker eens langs want het is wel degelijk de moeite.
Ter gelegenheid van Feria del Corpus was er op het kerkplein een groot orkest gaande. Achteraf hoorde ik dat deze feestdag één van de belangrijkste is in Granada.
Tip: Zijn je benen toe aan rust na een lange dag? Reserveer dan zeker je plaatsje in het Hammam Al Ándalus. Deze prachtige Arabische baden in allerlei verschillende temperaturen zorgen voor de nodige rust. Optioneel kan je ook nog een massage nemen om weer helemaal klaar te zijn voor een nieuwe dag.
Al deze bezienswaardigheden zijn perfect te voet bereikbaar vanuit het centrum. Het heuvelachtig karakter van de stad zorgt niet voor een probleem wat dat betreft.


Het Alhambra, hoogtepunt van Granada.
3. Sevilla
We blijven in dezelfde regio maar komen toch in een totaal andere stad terecht. Het meest opvallende verschil is dat de huizen nu geel of rood zijn in plaats van wit. Achter elke hoek zit een nieuw pareltje verscholen. Steek je fototoestel dus niet te ver weg en geniet met volle teugen van deze prachtige stad.


Los van alle kleurrijke huizen en kerkjes barst Sevilla van de bijzondere bezienswaardigheden. Beginnen kan je op het Plaza de España. Dit prachtige plein begeeft zich, net als vele hoogtepunten van de stad, aan de oevers van de Guadalquivir. De rivier die zich bijna dwars door Sevilla kronkelt, zorgt ervoor dat de enige landinwaartse zeehaven van Spanje zich in deze stad bevindt.
Het plein werd van 2007 tot 2010 nog gerenoveerd en dat is eraan te zien. De kleurschakeringen van de gebouwen, die in een halve cirkel rondom het mooi onderhouden plein staan, maken van de Plaza de España een echt pareltje.
Tip: Pik ook zeker het Parque de María Luisa mee. Wanneer je het Plaza de España verlaat langs de open kant wandel je hier rechtstreeks binnen. Geniet van rust en natuur, pal in het centrum van de stad.
Zoals je kan zien op de foto's is het erg rustig, wat zeer uitzonderlijk is in het hoogseizoen. Ik had dit geluk omdat ik op het einde van de coronaperiode reisde.


Het Plaza de España, één van de mooiste pleinen in Europa.
Ver moet je niet gaan om snel weer op het volgende hoogtepunt te botsen. Het Real Alcázar de Sevilla, ook wel het Koninklijk Paleis genoemd.
In tegenstelling tot de Plaza De España heb je hier wel een ticket nodig om de locatie te betreden. Deze zijn gemakkelijk online verkrijgbaar en zo bespaar je misschien wel een heuse rij aan de kassa. Zoals bijna overal geldt ook hier de regel, hoe vroeger je komt, hoe rustiger het is.
Laat de tickets of aanschuifrij je humeur alvast niet verpesten. De binnenkant is zonder enige twijfel één van de mooiste plaatsen in Sevilla en bij uitbreiding heel Spanje. Schitterende tuinen, indrukwekkende architectuur, het Alcázar heeft het allemaal te bieden. Je zou bijna vergeten dat je hier midden in de hoofdstad van de regio Andalusië staat. Neem ook hier weer de tijd om elk gangetje en hoekje te bekijken, rust even uit op een bank en geniet van het mooie weer. Binnenin is er de gelegenheid een drankje te nuttigen maar ik raad aan om zelf je drank mee te nemen. Weer een rij uitgespaard. Een halve dag kan je hier probleemloos spenderen, of beter gezegd, moet je hier spenderen.
Tip: Wanneer je van de Plaza de España naar het Real Alcázar de Sevilla wandelt passeer je ook een oude tabaksfabriek die nu dienst doet als Universiteitsgebouw. Leuk om even binnen te gaan kijken.


Het Real Alcázar de Sevilla, waar natuur en kunst één worden.
Bij het verlaten van het Koninklijk Paleis kan je er niet naast kijken. De Kathedraal van Sevilla is naar verluid de op 2 na grootste ter wereld. Eén die je moet gezien hebben dus. Zowel de binnen- als de buitenkant zijn bijzonder indrukwekkend. Wandel zeker eens volledig rond zodat je het vanop een afstand kan bekijken. Om deze kathedraal te bezoeken moet je wel rekening houden met de verschillende kerkdiensten. De kathedraal sluit namelijk op deze momenten. Het is dus handig om hier even naar te komen kijken voor je het Koninklijk Paleis binnengaat. Zo sta je niet onverwacht voor een gesloten poort. In combinatie met La Giralda, de hoogste toren van Sevilla, is dit alweer een hoogtepunt. Letterlijk en figuurlijk. Tickets kopen kan hier ook gemakkelijk op voorhand of ter plaatse. Bereid je wel voor op een stevige wandeling naar de top van de klokkentoren waar je van een mooi uitzicht over de stad kan genieten.
Eens weer beneden aangekomen kan je deze mastodont van binnenin bekijken. Een deeltje zit wat verstopt achter hekken maar voor de rest is zo'n grote kathedraal best wel imposant.

De kathedraal in Sevilla, één van de grootste ter wereld.
Voor de volgende locatie moet je ietsje verder wandelen. Op een dikke 500m, pal aan het water vind je de Plaza de Toros. In zowat elke stad of dorp in de omgeving kan je dit soort stierenvechtarena's terugvinden. Je hoeft dus niet in Sevilla voor deze locatie te kiezen. Feit is wel dat ze hier vaak geopend is, dit in tegenstelling tot Granada of Ronda. Bij mijn bezoek waren beide arena's op de andere locaties gesloten. Dat tezamen met het feit dat de arena in Sevilla de grootste van Spanje is, maakt dat je beter hier je toegangsticket koopt. Behalve een grote binnenplaats is er ook een klein museum binnenin te vinden. Verwacht hier niet al te veel van, op een half uur ben je er doorheen gewandeld.

Plaza de Toros, stierenvechtarena aan de rand van de stad.
In de stad krioelt het van de kleinere paleizen/musea en kerken waar je al dan niet voor een klein bedrag een bezoekje aan kan brengen. Persoonlijk vond ik ze lang niet allemaal de moeite waard aangezien ze vaak wat op elkaar lijken en de ene al wat rijkelijker gevuld is met kunst dan de andere. Het Palacio de las Dueñas is wat dat betreft zeker één van de beste keuzes. Het Casa de Pilatos kan je er zeker ook nog bijnemen. Dit is een grotendeels leeg paleis waar vooral de vele mozaïekstenen erg mooi zijn.

Palacio de las Dueñas

Casa de Pilatos
Tot slot is er nog het eerder vreemde houten bouwwerk Setas de Sevilla. Dit recentelijk gebouwde kunststukje ziet er redelijk bijzonder uit en je kan het eenvoudig via enkele roltrappen betreden. Via de wandelpaden bovenop ga je automatisch volledig rond en krijg je opnieuw een uitzicht over de stad.
Onderaan is er niet alleen een supermarkt maar ook een archeologisch museum gevestigd. Het Antiquarium bevat allerlei belangrijke Romeinse vondsten uit Sevilla. Het verhaal erachter is misschien nog wel het meest opmerkelijk. Toen ze een ondergrondse parkeerplaats wilde bouwen stootten men tijdens het uitgraven op dit stukje geschiedenis. Geen parking dus maar wel dit museum.

Setas de Sevilla, markant bouwwerk met wandelpad bovenop.
De voetballiefhebbers onder ons kunnen hun hart luchten in de drie (voetbal)stadions die Sevilla rijk is. Je hebt er het Estadio de La Cartuja waar o.a. het WK atletiek '99 en de UEFA Cup finale '03 plaatsvonden.
Er is ook het Estadio Ramón Sánchez Pizjuán, de thuishaven van Sevilla FC. Tickets voor een bezoek zijn uitsluitend online te verkrijgen.
Als laatste heb je het Estadio Benito Villamarín waar Betis Sevilla zijn thuiswedstrijden afwerkt. Bezoeken kon niet tijdens mijn verblijf en aangezien het serieus uit het centrum gelegen is, is een wandeling er naartoe niet echt aan te raden.
4. Ronda
Na enkele grotere steden deed ik nu een kleiner dorpje aan. Hier kan je veel meer genieten van het typische 'vakantiegevoel'. Veel mooie uitzichten en vooral heel erg rustig. Ronda staat bekend voor zijn mooie brug (Puente Nuevo) met waterval in een hele diepe kloof. Ga vooral zelf ook op ontdekking van waaruit je het mooiste zicht hebt op deze brug. Er zijn namelijk wel wat opties. Vanop het uitzichtpunt Mirador Puente Nuevo de Ronda kan je zeker genieten van mooie beelden. Kies daarna zeker voor de kleinere paadjes in deze omgeving. Je kan dichter bij de waterval komen dan je zou denken. Trek wel stevige wandelschoenen aan, de weg naar beneden is niet aan te raden op slippers en dit uitzichtpunt is ook de start van enkele heuvelachtige wandelroutes.
Verder in het dorpje heb je nog de Baños Árabes Yacimiento Arqueológico, de bewaard gebleven Arabische baden en de stadsmuren die uitzicht bieden over de weides en natuur in de omgeving. Vanuit de Puerta de Almocábar kan je deze muren bijna volledig afwandelen tot je weer aan de Puente Nuevo uitkomt.

Zicht op het mooie Puente Nuevo vanuit het Mirador Puente Nuevo de Ronda.
Om in Ronda te geraken kan je het beste een auto huren. Hiervoor reisde ik van Sevilla weer naar Málaga met de bus om vandaaruit verder te gaan. Een auto huren dichtbij de luchthaven bespaart je een pak stress bij het inleveren, je bent namelijk al vlakbij je terugkeer locatie. De rit van Málaga naar Ronda gaat over goede wegen en vormt dus geen enkel probleem.
5. Caminito del Rey
Indien Ronda alleen je niet kan overtuigen om een auto te huren is de laatste locatie misschien wel een doorslaggevende factor. Het wandelpad Caminito del Rey zorgt met zijn weg langs de rotsen voor een unieke ervaring. Vanuit Ronda is het een klein uur rijden hiernaartoe en indien je de auto parkeert aan restaurant 'El Kiosko' ben je bijna klaar om eraan te beginnen. Vanuit de parkingplaats is het nog 20 minuten wandelen naar de echte start. Zorg dat je dus zeker een half uur voor het uur dat op je ticket staat hier aanwezig bent. Zo ben je niet gehaast en kan je je via de voetgangerstunnel naar de receptie begeven. Eens daar aangekomen krijg je een helm en enkele inlichtingen om vervolgens te beginnen aan deze fantastische wandeling.
Het pad slingert tussen de diepe kloven en bezorgt je soms kippenvel wanneer er doorzichtige wandelstukken zijn. Doordat er een beperkt aantal wandelaars per half uur toegelaten zijn is het niet te druk en kan je rustig genieten van schitterende vergezichten. Kijk ook zeker eens naar boven om de tientallen roofvogels boven de rotsen te zien cirkelen. Een heel erg leuke afsluiter en dus is de Caminito Del Rey echt een aanrader voor iedereen die de streek aandoet.
De wandeling is perfect te doen met een gewone sneaker. De paden zijn, in tegenstelling tot vroeger, veilig en gemakkelijk te bewandelen. Reken op 7.5km wandelen met het stuk voor de start en na de uitgang inbegrepen.
Belangrijk voor een zorgeloze terugrit: Voorzie +- 2 euro/persoon voor het ticket van de bus, die brengt je terug naar het beginpunt.


Prachtige wandelpad langs de rotsen, Caminito del Rey.
6. Accommodatie
Mijn eerste hotelkeuze in Granada was Room Mate Leo. Ik wou graag dicht bij het centrum slapen en dat is hier zeker gelukt. Uiteraard is hierdoor de prijs wat hoger maar dat vond ik het waard. Mooie kamers, goed ontbijt en een mooi terras bovenaan met uitzicht over de stad. Het lawaai van de mensen in de stad is zeker hoorbaar, maar het valt op een aanvaardbaar uur stil en stoort je dus niet in je slaap.
Door werken aan mijn geboekte hotel werd ik onderweg naar Sevilla kosteloos omgeboekt naar Meliá Lebreros. Dit hotel aan het voetbalstadion van Sevilla is jammer genoeg iets te ver van het centrum verwijderd. Wel een buitenzwembad, mooie kamer en heerlijk uitgebreid ontbijt. Je gaat zeker niet met honger aan de dag beginnen. Niet onbelangrijk wat mij betreft.
In Ronda tot slot sliep in Hotel Don Miguel. Mijn enige grote vergissing van alle reizen die ik tot nog toe maakte. De locatie pal aan het mooie Puente Nuevo moet me verleid hebben. Het hotel zelf is oud, de kamers zijn kaal en versleten. Aan de receptie spreken ze ook enkel Spaans, gelukkig kon een andere toerist me vertellen waar mijn kamer was. Het ontbijt is echt ondermaats. Ik ging nadien nog langs een bakker om toch iets deftigs gegeten te hebben.
7. Reisoverzicht
Heel deze rondreis probeerde ik zoveel mogelijk te zien op zo'n kort mogelijke tijd. Ik puzzelde dus onderstaand intensief reisschema in elkaar:
- Vlucht Charleroi - Málaga + transfer Granada
- Granada
- Granada + transfer Sevilla
- Sevilla
- Sevilla + transfer Ronda
- Ronda
- Transfer Caminito Del Rey + Caminito Del Rey + transfer Málaga + vlucht Málaga - Charleroi
In een stad als Sevilla kan je zeker meer dan twee dagen doorbrengen, ik zou het zelfs aanraden. Zoals je ziet kan het dus ook in twee dagen. Dit op voorwaarde dat je niet te lang in je bed blijft liggen & houdt van een goed gevulde dag.
De transfers tussen twee locaties waren telkens zo vroeg of zo laat mogelijk in de dag. Zo kon ik nog maximaal profiteren van de dag, zonder al te veel naar de klok te moeten kijken.